Over boze en gefrustreerde medewerkers

Donderwolkjes in actie

Werken met donderwolkjes: evident boze en gefrustreerde medewerkers. Donderwolkjes gaan ‘af’ in de meest onvoorspelbare situaties. In samenwerking is dat geen pretje. Want waar is de werkzame gebruiksaanwijzing? Die is niet voorhanden.

Waar gaat het mis?

Als jij in een overleg zegt, ‘misschien is het beter dit aan Sasha te vragen, in plaats van dit zelf te doen’. En de opmerking pakt als volgt uit: ‘dacht jij dat IK dat niet kan! Ik werk hier nu 20 jaar en heb dit al jaren gedaan. Je denkt toch niet dat ZIJ, die muts, dat beter kan dan ik! Ik voel me niet serieus genomen door jou!’.

Of

De mail waarin staat dat ‘de volgende keer is het beter deze controversiële situatie bij mij neer te leggen’. En de reactie is ‘Dat wist IK toch niet? Dat kan ik toch niet ruiken? Bekijk het maar, de volgende keer doe ik helemaal NIETS meer!’.

Of

Als je in een functioneringsgesprek aangeeft dat zijn functioneren in het team niet optimaal is. Waarop hij verontwaardigt zegt ‘WAAAAT, en dat zeg JÍJ. Je bent zelf incapabel! Je kan nog geen deuk in een pak boter slaan (en komt met voorbeelden). Dit PIK ik niet!’.

Deze onverwachte boze reacties. En dat elke dag weer. Het gevoel dat je op eieren moet lopen. Dat wat je ook doet, het is hem altijd té lang of té breed. De onvoorspelbare reacties maken je onzeker. Wat kan ik nog zeggen? Hoe moet ik het dan zeggen? Een probleem lijkt geboren.

Wat valt op?

De gekookte kikker

De gefrustreerde medewerker is meestal in zijn rol gegroeid. Hij* was niet meteen die pain in the neck. Dat is geleidelijk gegaan. Zoals de gekookte kikker gefaseerd naar zijn einde gaat [de kikker blijft in een pan heet water zitten als de temperatuur geleidelijk wordt verhoogd. Zelfs als de kikker daarmee gekookt wordt. Met zijn dood als gevolg]. Als het dan zover is dat hij als boos bekend staat, is het veelal laat het tij te keren.

Drempel

Het blijken vaak gewone, aardige mensen áls je weet door te dringen tot hun persoon. Er is eerst een drempel (een muur, een obstakel) die je moet overgaan om in gesprek te komen. Die drempel wordt door de (boze) medewerker zelf (onbewust) opgegooid om vast te stellen of je bij het type persoon hoort of bij een situatie waarop hij in potentie ‘af’ kan gaan. Is dat niet het geval, dan is gesprek mogelijk.

Koesteren

De medewerker koestert onbewust zijn boosheid en miskenning. Dit doet hij door in elk gesprek het object/de objecten van zijn boosheid en miskenning erbij te halen. Telkens zal hij herhalen wat er is gebeurd, wat hem is aangedaan, wat er nou weer verkeerd ging. Dit lijkt een legitimatie van: DIT is waarom ik gerechtvaardigd boos ben! Zo cultiveert hij zijn toestand en houdt die toestand daarmee zorgvuldig in stand.

Identiteit

Jaap?! Oh Jaap, die is altijd boos. Boosheid wordt zijn ‘handelsmerk’, de organisatie drapeert zich hieromheen. Tot dat het niet meer gaat. Dan blijkt hoe lastig het is om de boze persoon weer te helpen terug te gaan naar ‘normale’ proporties. Onmogelijk is dat overigens niet.

De pot verwijt de ketel

Er is nog iets opmerkelijk. Wat de negatieve medewerker de ander(en) of de situatie verwijt, dat doet hij zélf! Vaak in veel sterkere mate! Niet zelden is wat hij de ander nadraagt PRECIES datgene wat hij op dat moment (wanneer hij fulmineert hierover) met veel meer lawaai doet. Het ligt er soms zo dik op dat je denkt, hè, ziet hij dan zelf niet dat zijn reactie veel erger is dan het vermeende vergrijp?

Schadelijk

(Permanente) boosheid en frustratie is heel ongezond voor het lichaam. Boosheid en frustratie leveren stress op (die de persoon zelf nota bene opwekt). Constante stress beschadigt bijvoorbeeld de omhulsels (telomeren) van het DNA die ons beschermen tegen ziekte en veroudering. Dit is uitermate schadelijk.

Daarnaast zijn boze en gefrustreerde medewerkers niet gezond voor een organisatie. Samenwerken wordt er moeizaam van. Het kost tijd en gedoe. Daarbij verspreidt stelselmatige boosheid en frustratie een vervelende sfeer en energie in de werksituatie.

Wat te doen?

Aan boosheid en frustratie kunnen we zeker wat doen. Drie korte lessen:

Les 1: geef er gerichte aandacht aan

Stop met het stilzwijgend accepteren van ‘Oh die? Die is altijd boos’. Het is slecht voor de persoon in kwestie en het staat een gezonde werksfeer in de weg. Ga in gesprek en laat de medewerker eerst ontluchten alvorens je start met les 2.

Les 2: confronteer hem met zijn gedrag

De gefrustreerde persoon zet vaak alles op alles -hij verklaart zijn gedrag met vele voorbeelden- om de reden van zijn boosheid bij anderen te leggen. Natuurlijk is dat niet zo: het ligt in zijn PERCEPTIE van de situatie. Hij is zelf de createur van zijn boosheid. Elke dag weer!

Deze confrontatie moet duidelijk, zo feitelijk mogelijk, in het moment en liefdevol zijn. En, besteed er veel tijd aan. Want achter de boosheid zit ALTIJD een ander verhaal. Inderdaad, vaak terug te voeren op oude patronen, nare ervaringen en gemis.

Les 3: rijk een nieuwe manier van kijken en denken aan.

Boosheid is een gestold kijken, negatief kijken, naar wat je is overkomen. Eenmaal in de negatieve modus is het alleen maar negatieve kralen rijgen: hier, weer een rot gebeurtenis! Weer een kraal die ik aan mijn ketting van boosheid kan rijgen!

Reik een andere kijk aan. En leer hem de rol van zijn gedachten. Andere, meer positieve gedachten over dezelfde situatie leveren andere, betere resultaten op. In de boze persoon dwalen negatieve gedachten. Negatieve gedachten die elke dag hernieuwd en aangevuld worden. Dat hijzelf de maker van die gedachten is, dat zijn mensen vaak niet bewust. Waar de gedachten gaan, volgt de mens. Zie ook de column over gedachten.

Er zijn nog voldoende boze, gefrustreerde medewerkers. Het kan de samenwerking en werkplezier ernstig beïnvloeden. Temeer omdat zij hun ongerief afwentelen op de directe omgeving. Toch komt het voor dat organisaties en/of teams die gefrustreerde medewerker met negatieve energie laten voor wat het is. Ik zeg: pak het op! Je helpt er mens, bedrijf én samenleving mee.

* waar ‘hij’ staat, kan ook ‘zij’ gelezen worden.

De Externe Voorzitter versterkt samenwerking en besluit. In diverse overleggen, gesprekken en bijeenkomsten. Ook in publiek-private samenwerking.